Artikel afbeelding

Dit jeugdzorgdorp is zoals iedereen de zorg graag zou zien

Er zit weleens een kind op een dak in dit dorp. Dat heb je dan, het geeft geen stress. Dit is gewoon een dorp. Je kunt er binnenrijden, er is geen slagboom, er staan geen waarschuwingsborden voor wilde kinderen. Hooguit maakt het schoolplein lawaai, maar welk schoolplein doet dat niet.

Dit dorp heeft honderdveertig huizen en honderdtwintig uit huis geplaatste kinderen. Het bestaat een eeuw. Het is een jeugdzorgdorp, maar dat moet je weten. De kinderen wonen tussen mensen die gewoon hun levens leven. Beschadigde kinderen die zigzagroutes maakten door het zorglandschap, kinderen uit multiprobleemgezinnen, kinderen met gedragsproblemen, kinderen afkomstig uit een wereld van misbruik, onmacht of verslaving. En dan zoveel bij elkaar. Dit dorp is zoals iedereen de jeugdzorg graag zou zien, en de ouderenzorg ook trouwens, en een hoop andere zorg. Het kleinschalige, de acceptatie van het bijzondere

Ze wonen in 'gezinshuizen', bij mensen die van jeugdzorg hun bestaan hebben gemaakt. Bij Saskia en Joost Verzijl bijvoorbeeld. Die komen uit Den Haag, namen ontslag en begonnen twee jaar geleden gezinshuis Samen Verder. De enige drukte daar komt van de honden - maar dat is omdat de jongens er niet zijn. Zes jongens plus sinds kort een meisje; aan de muur een foto met brave kindergezichten zoals ze overal aan muren hangen. Totdat Saskia vertelt over storm en donder in het hoofd van een kind, en in huis, en hoe ze dat aanpakt als instantouder.

Het helpt dat hier de ruimte is om 'buiten rondjes op een skelter te rijden', zegt Saskia. En dat niemand in het dorp aanstoot neemt.Hoe langer ik er door de straten ga, hoe meer ik me afvraag waarom er niet meer dorpen zijn als deze. Dit dorp is zoals iedereen de jeugdzorg graag zou zien, en de ouderenzorg ook trouwens, en een hoop andere zorg. Het kleinschalige, de acceptatie van het bijzondere. Gewone kinderen heten in dit dorp 'de gewonen'. Doen ze niet moeilijk over. Dit is nog eens een inclusieve samenleving.

Ook de jeugdzorg is in handen gevallen van het spreadsheetdenken, van integrale beleidskaders en de formulierenmaffia. Fusie is op fusie gestapeld en sinds drie jaar mogen de gemeenten het oplossen met minder geld vanwege de 'transformatieagenda' in het 'sociale domein'. Gisteren verscheen de eerste evaluatie van de nieuwe Jeugdwet: 633 pagina's. Eén zin springt eruit: 'Vooral de gezinnen die de hulp het hardst nodig hebben (...) hebben de grootste moeite om hun weg te vinden in de jeugdhulp.'

En door weer over 'transitie' en 'eigen kracht'.

Vergaderen is eenvoudiger dan zeven uit huis geplaatste kinderen in huis nemen, en ze daar houden. Kijk maar eens binnen bij Saskia en Joost: idealisme heeft een prijs. Ik vraag of ze nog wel eens op vakantie gaan, het antwoord is 'nou, nee'. Wel zijn ze met z'n allen naar het Eftelinghotel geweest, 'je moet dingen ook gewoon doen'.

Volcontinu alles voor de kinderen, altijd.

Dit dorp was een idee van dominee Roelof Rudolph: hij kocht landbouwgrond die boeren mochten pachten, onder voorwaarde dat ze hun gezin aanvulden met ontaarde en 'ontouderde' kinderen. Een 'opvoedingsgesticht' - ouderwetse term voor iets dat nu moderner is dan ooit.

De huizen liggen verspreid tussen bomen, als in een park. Weinig verraadt waar de gewonen en de ongewonen wonen: ze wonen door elkaar. Bij het zwembad komt iedereen, bij de judo, de scouting. Er is een speciale school. Maar ook een gewone.

Dit noemt Anja Brouwer van de Rudolphstichting 'de kracht van het gewone leven'. Een dure term voor: 'Er is hier ook een boze buurman die je voetbal lek prikt.' Later zegt ze: 'Hier is ruimte voor afwijkend gedrag. Letterlijk ruimte.' Elders is daar steeds minder van.

Zoekend naar een 'gewone' vind ik Kees van der Werf. Hij is hier sinds 1972. Gekomen als groepsleider en niet van plan ooit weg te gaan. 'Zo'n dorp bestaat nergens.' Als hij het moet omschrijven is het een 'gezellig' dorp. 'Iedereen is op de een of andere manier gemotiveerd om hier te wonen.'

Met zijn vrouw bracht hij er vier kinderen groot. 'Ze hebben een goede tijd gehad. Het gaf ze een scherpe blik. Ze leerden dat de wereld er toch anders uitziet dan het ideaalbeeld van de gelukkige gezinnetjes. En dat je kunt omgaan met moeilijke kinderen.'

Ik had nog nooit van De Glind gehoord, totdat het dorp schampte langs groot nieuws. Het meisje Romy werd door haar klasgenoot Brian vermoord, afgelopen zomer. Allebei veertien, en allebei hier op de J.H. Donnerschool voor speciaal onderwijs. Even hield het dorp z'n adem in en daarna ademde het weer verder. Dorpelingen die ik ernaar vraag antwoorden eerlijk en realistisch. Kees zegt: iedereen is toch wel blij dat ze hier niet woonden, 'maar ook dit kunnen we aan'.

Een kind op een dak en dan rustig blijven - dat is jeugdzorg.

(Bron: Volkskrant, 30 januari 2018 door Toine Heijmans)

Op March 30, 2018